Wanneer vader en moeder een nieuwe partner gevonden hebben, dan komt het kind in een nieuw samengesteld gezin terecht . Volgens onderzoek zouden 10% van de kinderen in een nieuw samengesteld gezin leven. Kinderen hebben het niet steeds even gemakkelijk om met deze verandering om te gaan en dikwijls ontstaan er dan ook problemen. Een nieuw samengesteld gezin bestaat uit twee gezinnen met een totaal andere voorgeschiedenis, compleet andere regels en cultuur bij elkaar. Voor het kind en andere leden van het nieuw gezin kan het heel wat tijd vergen om een nieuw evenwicht te vinden: een nieuwe relatie opbouwen met alle leden van het gezin.

Beide partners moeten een nieuwe ouderrol opnemen ten opzichte van de kinderen van zijn/haar partner. De kinderen moeten een nieuwe positie zoeken. Misschien verandert de rangorde wel: toen ze in het vorig gezin de oudste of de jongste waren, zijn ze dat nu plots niet meer. Een goede partnerrelatie zorgt er voor dat de kinderen zich gaandeweg goed voelen in het gezin.  Maar de onderlinge relaties tussen de kinderen en de stiefouders of de kinderen onderling verlopen niet altijd even goed.  Kinderen aanvaarden niet zomaar een nieuwe opvoeder. Het is belangrijk als partners afspraken te maken over de regels in het gezin en elkaar te helpen in de opvoeding. Vergeet niet dat het kind vaak nog een andere biologische ouder heeft. Kinderen willen de niet-inwonende ouder niet verraden en willen ook niet kiezen tussen beide ouders. Respecteer de rol van deze ouder. Veel overleggen en praten met alle gezinsleden helpt om aan te passen aan de nieuwe situatie.

Gemiddeld duurt het zo’n 4 à 7 jaar vooraleer alles op zijn pootjes terechtkomt in het gezin.

Contact: Romy Coomans, Ingeborg De Vos en Koen Spruytte